Achter veel klassieke muziekstukken zit een verhaal of sprookje verborgen. Om het verhaal erachter te horen en beter te begrijpen is het vaak wel verstandig om het muziekstuk meer dan eens te beluisteren.

Peter en de wolf

Een heel bekend muziekstuk dat een verhaal bevat is Peter en de wolf van Sergej Prokofjev. Dit stuk gaat over een jongen genaamd Peter, die een gemene wolf te snel af is. Elk karakter in het verhaal wordt omschreven door een specifiek instrument. Zo is er een hobo te horen in het muziekstuk, welke de eend voorstelt. De fluit die je regelmatig terug hoort is het vogeltje en de klarinet stelt de kat voor. De wolf wordt echter verwoord door maar liefst drie hoorns, alle strijkers tezamen stellen Peter voor en tot slot worden de schoten van de jager uitgebeeld door de pauken.

De tovenaarsleerling

Goethe schreef in 1797 tijdens zijn verblijf in Weimar de ballade ‘De tovenaarsleerling’. Later, in 1897 liet de Franse componist Paul Dukas zich inspireren door deze ballade bij het maken van de symfonische versie genaamd ‘L’Apprenti sorcier’. In de tekenfilm Fantasia van Walt Disney werd deze symfonie in 1940 vervolgens gebruikt om het verhaal van Mickey Mouse als tovenaarsleerling te ondersteunen.

Het verhaal vangt aan met een tovenaar die zijn leerling achterlaat zodat deze diverse dagelijkse klusjes kan uitvoeren. De leerling wordt vermoeid van het constant halen van water, waartoe deze besluit een bezemsteel te betoveren en deze het zware werk op te laten knappen. De leerling verliest echter de macht over de bezemsteel waarna er van alles fout gaat. Het verhaal heeft dus een interessant moraal, namelijk dat we ons niet moeten inlaten met bepaalde krachten die we nog niet weten te beheersen.